Dit is het eerste hoofdstuk van Mesuline van het IJsselmeer (hopelijk) een boek waar ik mee bezig ben. Ik vind het dood eng om het met jullie te delen. Het is mijn “kindje” en ik begrijp dat ik het risico loop voor lovers en haters, maar ik kom nergens als ik steeds het meeste werk alleen maar voor mezelf hou.
Hoofdstuk 1
Mesuline
Het water van het IJsselmeer begint eindelijk weer wat warmer te worden. Voor Nederlandse begrippen was het zowaar een koude winter geweest. Het was al weer jaren geleden dat een groot deel van het IJsselmeer dicht gevroren was geweest. Nu is het ijs smeltende, wat kruiend ijs oplevert aan de kusten van het IJsselmeer en het Markermeer. Hierdoor wordt de temperatuur van het water al een stuk aangenamer. Niet voor mensen, maar wel voor alles wat in het water leeft. Melusine heeft sinds haar verandering zo’n hekel aan de winter en zeker de winters met echte strenge vorst. Haar geestachtige verschijning en haar slangachtige onderlijf wordt in de wintermaanden stram, traag en de wereld waarin ze leeft lijkt nog kleiner, dan dat hij normaal gesproken al is. Onder water bestaat er ook een zekere vorm van winterslaap. Veel waterdieren laten zich afzakken tot op de bodem en nestelen zich tussen het zand, de slip en kiezels. Ze eten alleen van datgene wat door de vortex van de motoren van boten in hun pad wordt gestuurd. Nu komt alles langzaam weer tot leven.
Chagrijnig laat Melusine zich een beetje heen en weer slepen door de stroming die de weinige schepen en boten op het IJsselmeer veroorzaken. Deze ballingschap duurt nu al eeuwen en het stadium van vervelen is ze al meer dan meerdere decennia geleden gepasseerd, misschien wel langer. Ze is diep in gedachten en keert weer terug naar het verleden, toen ze nog een mens was en leefde in Avalon. Ze was zo gelukkig geweest en het leven lachte haar toe. Tot op de dag van vandaag kan ze niet begrijpen dat het zover heeft kunnen komen. Het was niet haar fout, zij had niks fout gedaan. Toch werd ze gestraft en verbannen en leeft ze nu al eeuwen in een eenzame ballingschap, zonder iemand om mee te praten, lief te hebben, gevoelens mee te delen, te lachen, te huilen, samen te eten, slapen, noem maar op. Voor altijd en eeuwig was ze als Melusine alleen en waarom?
Ondanks dat Melusine onder water was, kon ze nog steeds tranen krijgen in haar ogen. Het is niet te bevatten hoeveel ze verloren heeft. Ze had zo’n mooie leven, iedereen was zo gelukkig. In al die eeuwen dat ze nu leeft, kan ze er nog steeds niet bij met haar hoofd. Het enige wat ze had willen doen was haar moeder beschermen, waarom kon haar moeder dat niet inzien? Waarom zag haar moeder haar als verrader en niet haar vader? Melusine was op een ochtend vroeg wakker geworden en namelijk vlak voor zonsopgang. Het beloofde stralend mooi weer voelde ze, dus ze trok direct haar ruiterkleding en was naar de stallen gegaan. Ze wilde met haar paard White Wind zo snel mogelijk boven op de heuvel komen, om de zon op te zien komen boven de bossen. Ze was stomverbaasd toen ze in de stallen haar vader aantrof met het dienstmeisje van haar moeder. Haar vader was van onder geheel ontkleed en het dienstmeisje haar rok was tot onder haar oksels opgerold. Zo lagen ze samen in de hooiberg achterin de stallen. Van schrik had Melusine, toen nog Vivianne, al haar ruiter spullen laten vallen, maar ze was niet meteen weggerend. Ze was te erg in shock. Hierdoor hadden haar vader en het dienstmeisje de kans om zich uit de voeten te maken.
Eenmaal bij gekomen van de eerste shock rende ze, zwaar geschrokken en hevig onder de indruk van hun half naakte lichamen, naar de kamer van haar moeder. Waar ze hard op de deur had gebonkt van haar moeder. Daarbij er al uitflappend wat ze zojuist gezien had. Daar kon ze gewoon niks aan doen, ze was gewoon zo ongelooflijk in verbijsterd. Dit was echter nog niks in vergelijking met de kilte die haar even later te wachten stond. Haar moeder was Marianne de machtigste, de sterkste en oppermagiër van Avalon en in plaats van naar haar dochter te luisteren veranderde ze in een brok razernij. “Hoe durf je dit zo door gangen te schreeuwen? Denk je echt dat ik dom ben? Natuurlijk weet ik wat je vader uitspookt en ik ben er zelfs blij mee, want dat geeft mij de rust om mijn eigen werk te doen. Iedereen denkt dat we verliefd en gelukkig zijn en nu heb jij dat met je stommiteiten in een klap op de deur verpest. Idioot kind dat je er bent!!!” zei Mariane ziedend. Woedend kijkt Mariane neer op haar dochter. “Het was dat een kind de echte liefde moest tonen, anders was je hier überhaupt nooit geweest. Met dit soort acties zorg je ervoor dat ik er nog meer spijt van heb dat je leeft.” De vloer lijkt weg te vallen onder Vivianne haar voeten. “Maar, maar…… moeder……ik…….” En verder komt ze niet door haar tranen. Ze voelt de ijskoude blik van haar moeder op zich gericht. “Mama, bedoel je echt dat je me eigenlijk nooit hebt gewild?” weet Vivianne uiteindelijk uit te brengen. Het is stil het slaapvertrek. Ze hoort voetstappen achter zich dichterbij komen. “Vivianne, is het je werkelijk dan nooit opgevallen dat ik je niet hetzelfde geef als de andere kinderen op het hof van hun ouders ontvangen? Of het nu gaat op de kok met zijn zoon of een dienstmeid met haar dochter of een chaperonne met haar kinderen, allemaal geven ze pure liefde. Kijk eens diep van binnen, graaf eens diep in je geheugen. Kan jij zo’n band tussen ons herinneren?” Na dat ze dit gezegd had liep Marianne de kamer uit en Vivianne ging languit op de grond liggen, waarna ze zich opkrulde in een foetushouding. Ze had voor haar gevoel in één uur tijd haar vader en moeder verloren terwijl ze zelf niet fout zat. Vivianne was compleet in de war. Wat was er in hemelsnaam aan de hand met haar ouders.
D’r gingen dagen voorbij waarbij iedereen zich zo goed als normaal leek te gedragen aan het hof. Haar vader en moeder deden liefelijk tegen elkaar, maar Vivianne werd er nu kotsmisselijk van. Een paar dagen geleden had ze er nog volop om geglimlacht, maar toen wist ze nog niet wat ze niet weet. De façade die haar ouders voor houden en waarom? Het hield haar nu al dagen wakker, ze kon aan niks anders denken. Wat wonnen zowel haar vader en haar moeder met deze schijnvertoning? Haar moeder was de vrouwelijke oppermagiër en werd vaak op geroep voor ondersteuning voor aan het hof van Koning Arthur en koningin Guinevere. Wat haar vader precies voor het koninklijke hof deed, heeft ze eigenlijk nooit echt geweten. Haar vader vertelde er nooit over, dus ze vroeg er ook niet om. Als hij ergens niet over wilde praten, dan moest je er ook niet om gaan zeuren. Vader was een lieve en zachtaardige man, maar als je hem opdrong te praten wanneer hij dat niet wilde. Dan kon je rekenen op een flinke pak slaag. Vivianne wist wel beter en vroeg dus nooit naar hoe het was bij Koning Arthur, hoe zijn dag was en wat hij gedaan had. Ze sprak alleen haar hoop uit dat hij een fijne dag gehad had. Daar werd vaak alleen mompelend op gereageerd. Maanden gingen er voorbij en de stemming binnen het gezin werd er niet beter op. Zeker niet tot het dienstmeisje van Marianne een buik begon te krijgen. De romance waarop Vivianne haar vader had betrapt, had meer voeten in de aarde dan een vrijpartij in de hooiberg. Er was een baby op komst en Marianne was ziedend. Ze ontbood onmiddellijk Vivianne bij zich.
“Je hebt geluk, jou gegil en geschreeuw over de gangen hebben niet als enige het gelukzalige leven van ons gezin te koop gezet. Dat domme wicht heeft het lef om zwanger te raken van die stomme eikel.” Schreeuwde Marianne terwijl ze kwaad heen en weer beende in haar slaapkamer. Vivianne plukte onzeker aan haar rok, ze wist niet zo goed waarom ze ontboden was. Met een angstige blik volgde ze haar moeder die hier en daar een voorwerp een zwieper gaf in de kamer welke of hard tegen de grond of muur ketste of in duizenden stukjes brak. “Jij. Jij met je romantische ideeën over het leven. Je vrolijke gehuppel door het hof, over het terrein en in de stallen. Het werkt aanstekelijk op iedereen. Het geeft mensen hoop en een gelukzalig gevoel. Dat is op zich niet erg, maar in een te grote hoeveelheid wel. Kijk maar wat je nu veroorzaakt hebt. Je krijgt er gewoon een bastaard broertje of zusje bij.” Marianne was in de tussentijd naar Vivianne toegelopen en stond met een priemende vinger en vlijmscherpe nagel vlak voor haar gezicht te wijzen en zwaaien. Van angst liepen de tranen over haar wangen. Hoe kon haar moeder zo vals en gemeen tegen haar doen? Wat had ze gedaan om dit te verdienen? Er was toch geen enkele manier geweest dat zij had kunnen weten dat de relatie van haar vader en moeder eigenlijk nep was. Voorzichtig tilt ze haar hoofd op en kijkt ze haar moeder recht in de ogen aan. “Het enige wat ik wilde, was u beschermen. Ik dacht dat u het niet wist. Ik dacht dat pappa u pijn ging doen en uw hart zou breken.” Bracht ze al snikkend uit. Het enige wat ze er voor terugkreeg, was een ijskoude blik waar geen enkele blijk van liefde in zat. “Weet je, eigenlijk heb ik je de juiste naam gegeven toen je geboren werd. Weet je waar Vivianne voor staat?” Onzeker schudde Vivianne haar hoofd. “Het betekend vrouw van het meer. Sta op en loop mee.”
Samen liepen ze de poort door naar de vlakte buiten hun landgoed. Marianne hield Vivianne stevig beet bij haar arm. Op deze manier was ze zeker dat deze geen enkele kant op kon gaan. Half lopend, half struikelend liet Vivianne zich leiden door haar moeder. De staat waar haar moeder zich nu in verkeerde, daar durfde ze echt niks tegenin te brengen. Ze wist dondersgoed dat ze te maken had met de oppermagiër van Avalon en dat als het moest, haar moeder ongelooflijk meedogenloos kon zijn. Na alles wat er de laatste tijd was gebeurd, was Vivianne er niet zo zeker van of ze voor d’r eigen dochter een uitzondering zou maken. Ze had zelf gezegd dat ze haar eigenlijk helemaal niet wilde. Dat het hele huwelijk met haar vader meer dan nep was. Sindsdien wist Vivianne totaal niet meer wie zij nu eigenlijk was. Haar hele leven was zo over hoop gehaald en alles waarin ze heilig geloofde, was in één keer kapot geslagen. “Mam, waar gaan we heen?” vroeg ze zacht en timide. Ze was eigenlijk te bang om te praten, maar ze wilde het gewoon weten. Wat was hier gaande? Met een een harde sjor aan de arm houden ze halt. “Oké, wil je antwoorden mijn lieve dochter.” Zei Marianne, met een sarcastische toon op het woord lieve, wat bij Vivianne door merg en been ging. “Ik ga mezelf van een probleem verlossen, wat ik al vele jaren eerder had moeten doen. Jij mijn lieve schat, jij gaat fijn een tijdje zwemmen. Door het water rond Tir na nÓg zal dat heel lang zijn. Dat krijg je ervan als je je neus steekt in de zaken van volwassenen waar je niks mee te maken hebt.” De verder tocht brachten ze in stilzwijgen door. Marianne waarschijnlijk omdat ze gewoon uitgesproken was, prijs had gegeven niet om haar dochter te geven en het leven wat ze zogenaamd leed. Vivianne was te ver gekwetst om nog iets te kunnen uitbrengen en liet zich als verdwaasd meesleuren door haar moeder. Eenmaal aangekomen bij het water kreeg ze het bevel zich van al haar kleren te ontdoen en tot haar knieën in het water te gaan staan. “Sobek, Horus, Sobek, Duametaf, Horus, Aqua, Sapien, Occitanie, Bargoens!!!” De ogen van haar moeder leken wel in brand te staan tijdens het uitspreken van deze woorden. Vivianne voelde een tinteling ontstaan in haar onderlichaam. Ze kon niet meer op haar benen blijven staan en zakte er doorheen. Het was net alsof haar benen twee magneten waren die naar elkaar toegetrokken werden. Ze kon ze met geen mogelijkheid meer van elkaar afhouden. Terwijl ze dit probeerde, spatte het water alle kanten op. Haar moeder lachtte hard en vals. “Zo mijn kind, dit is je verdiende loon. Nu ben je echt een kind van het water. Vanaf nu ben je Mesuline en zul je nooit meer aan land komen, tenzij je het voor elkaar krijgt dat je echte liefde tegenkomt. Ik zou zeggen, kijk naar beneden en schat je kansen in.” Marianne draaide zich om zonder op een antwoord te wachten. Vivianne keek naar beneden en zag voor het eerst het werk van haar moeder. Ze was niet meer volledig van vlees een bloed, ze had een soort geestachtige verschijning, verder waren haar benen weg. In plaats van haar benen bezat ze nu een opaal blauwe staart. “MMMAAAMMMMM” riep ze nog. Er kwam geen reactie meer. De openlucht voelde scherp aan haar huid. Dus gaf ze zich maar over. Ze kon het niet winnen van de magie van haar moeder, Vivianne was dood, vanaf nu was ze Mesuline.
Een plotselinge plons haalt Melusine volledige uit haar overpeinzingen. Ze heeft hier beneden geen idee van de tijd, zeker in de winter niet. Duikers zijn er in de winter normaal gesproken al helemaal niet. Aan de ene kant voelt ze de aandrang om snel weg te zwemmen, wat toch niet gaat lukken met haar verstijfde achterlijf en aan de andere kant is ze geïntrigeerd door de duiker in deze tijd van het jaar. Wat drijft een mens om met deze kou het water in te gaan? Ze weet dat op het moment dat zij weer een beetje lekker kan zwemmen, het water voor mensen nog veelte koud is. In dit stuk van het meer ligt ook niet veel bijzonders op de bodem om naar te zoeken, dus dat kan het ook niet zijn. In de zomer is ze het gewend en bespiedt ze de duikers ook graag. Zeker aan deze west kant van dit meer is het water prachtig helder, maar door haar geestachtige verschijning, verdwijnt ze in de rimpels en spiegelingen van het water. Langzaam en voorzichtig zwemt ze naar de plek waar ze de plons hoorde. Ze verschuild zich achter een van de grotere stenen, je zou het bijna een rotsblok kunnen noemen en slaat de duiker gade. Het is moeilijk te zien hoe oud iemand is in een compleet duikerspak, maar het is in ieder geval een man. Ze maakt het zich comfortabel en kijkt wat hij van plan is.
Wat is jullie eerste indruk van het eerste hoofdstuk van Mesuline van het IJsselmeer? Willen jullie meer lezen? Willen jullie meer hoofdstukken online krijgen?
Comment
Wat leuk , het verhaal smaakt zeker naar meer ! Ik ben benieuwd, en mocht je het ooit zelf gaan uitgeven , klop dan eens bij ons Selfpub Café aan op Facebook. Veel Succes !
Shirley onlangs geplaatst…Soundtrack boek Ik ben écht niet bang!